
Alain Moussa, alias ‘Le Flingueur’, is overleden
Gangster Alain Moussa (71), een van de eeuwige verdachten van de Bende van Nijvel, is vrijdagavond gestorven.
‘Hij is vertrokken zonder wapens, zonder geweld, en zonder haat’, schrijft de vriendin van Alain Moussa op Facebook over de dood van haar vriend. Hij zou vrijdagavond een fatale hartaanval gekregen hebben.
Moussa was de zoon van een Tunesische vader en een Belgische moeder. In zijn gangsterjaren had hij de bijnaam ‘Le flingueur’, de revolverheld. Nochtans ging hij er prat op dat hij nooit bloed had vergoten bij een overval. De jonge Alain Moussa bewaakte in de jaren 80 bars in de Brusselse Noordwijk. Hij werd toen gelinkt aan beruchte gangsters als Ramadan Dodack en pooier Michel Dewit. Moussa maakte in die jaren deel uit van de Bende van Baasrode, waarvan Philippe ‘Johnny’ De Staerke en Dominique Salesse de leiders waren en waar ook de beruchte Leopold Van Esbroeck bijhoorde. De bende dankt haar naam aan de overval die ze op 24 juni 1985 pleegde op het postkantoor van Baasrode. Voor de tientallen overvallen die toegeschreven werden aan de Bende van Baasrode werd Moussa veroordeeld tot tien jaar cel. Daarna raakte hij nog verschillende keren in de gevangenis. Hij werd ook een aantal keren geïnterneerd. Zijn zware cocaïneverslaving bracht hem telkens weer in de problemen.
Laatste beroering
Door hun gewelddadige militaire aanpak, en omdat ze in dezelfde periode actief waren, werden ze vaak vergeleken met de Bende van Nijvel. De Staerke werd door de onderzoeksrechter Freddy Troch in Dendermonde zelfs in verdenking gesteld voor de Bende-overval in Aalst. Uiteindelijk werd hij buiten vervolging gesteld als Bende-verdachte.

Moussa leefde de laatste jaren een anoniem leven op een appartementje in de Brusselse gemeente Ganshoren, waar hij vaste klant was in enkele buurtcafés. Rijk was hij niet geworden van het gangsterleven.
Eind 2021 zorgde hij nog een laatste keer voor beroering. Op sociale media en in een perscommuniqué beschuldigde hij zijn vroegere gangsterkompanen De Staerke en Salesse van medeplichtigheid aan de misdaden van de Bende van Nijvel. ‘Ik heb Salesse ooit het vuur zien openen op een kraanman die een kraan bestuurde. Hij was zeer agressief. Ik dacht: als hij dat kan, kan hij ook lid zijn van de Bende van Nijvel’, vertelde Moussa toen aan De Standaard. ‘Met De Staerke ben ik ooit langs de Delhaize van Eigenbrakel gereden. Hij is daar binnengegaan. Ik weet niet meer of dat voor of na de overval op die supermarkt was (op 27 september 1985, red.). Ik heb in mijn leven veel cocaïne en heroïne gebruikt. Het is moeilijk mijn herinneringen op orde te krijgen. Maar ik ben er wel zeker van dat De Staerke me ooit impliciet heeft gevraagd of ik mee wilde doen aan een reeks overvallen. Volgens mij ging het om de overvallen van de Bende.’
Geen excuses
De speurders ondervroegen Moussa langdurig, maar kregen niets te horen dat hij ook niet al jaren geleden tegen de politie had verteld. Hij werd vrijgelaten onder de expliciete voorwaarde dat hij zich zou verontschuldigen voor zijn ‘onthullingen’ zonder grond. Maar Moussa was toen niet van plan om in te gaan op de vraag van de onderzoeksrechter. ‘Ik ga me nergens voor excuseren. En al zeker niet tegenover dat soort schurken’, zei hij. Sindsdien was het stil geworden rond Alain Moussa.