Duitsland krijgt zijn zin: geen volledig verbod op verbrandingsmotoren

Duitsland krijgt zijn zin: verbrandingsmotoren op synthetische brandstoffen worden ook na 2035 nog toegelaten, op voorwaarde dat de brandstoffen klimaatneutraal geproduceerd worden. Met dat compromis is een lastig geschil met de Europese Commissie beslecht.

25/03/2023 om 13:34

Economie

‘We hebben een akkoord bereikt met Duitsland over het toekomstige gebruik van “e-fuels” in wagens’, schreef Frans Timmermans, vicevoorzitter van de Europese Commissie op Twitter. ‘We zullen er nu aan werken om de CO₂-standaarden voor voertuigen zo snel mogelijk goedgekeurd te krijgen, en de Commissie zal snel de opvolging verzekeren met de noodzakelijke wettelijke stappen.’

De Duitse minister van Transport, Volker Wissing, schreef dat ‘voertuigen met verbrandingsmotoren ook na 2035 nieuw kunnen worden toegelaten, als ze uitsluitend CO₂-neutrale brandstoffen tanken. Europa blijft technologieneutraal.’

Lees ook

Commentaar | Met de voet op de rem wint de Duitse e-auto geen race

Daarmee is een lastig geschil, dat de Europese top twee dagen lang beroerde, beslecht. Tegen de verwachtingen in had Duitsland zijn kar gekeerd over een overeengekomen verbod op de verkoop van wagens met een verbrandingsmotor. Dat verbod zou vanaf 2035 ingaan en werd door het Europees Parlement op 14 februari al goedgekeurd. Duitsland leek helemaal aan boord, maar de kleine liberale partij FDP – die de Duitse minister van Transport Wissing levert– besliste daar anders over. Wissing eiste dat auto’s op synthetische brandstof ook na 2035 nog toegelaten worden.

Electorale belangen

Duitse automerken als BMW en Porsche stonden daarop. De zogenaamde e-brandstoffen zijn synthetische brandstoffen op basis van CO₂ en waterstof. Ze kunnen gebruikt worden in wagens met een normale verbrandingsmotor. Rijden op synthetische brandstoffen stoot nog altijd koolstofdioxide uit, maar ze kunnen klimaatneutraal gemaakt worden. Windenergie moet de grote milieuschade van die productie in balans brengen.

Bij de ‘Duitse bocht’ spelen – behalve zakelijke – ook electorale belangen mee. Duitsers zijn gehecht aan hun wagen en niet iedereen is gewonnen voor de aanschaf van een elektrisch exemplaar. Bovendien zouden velen hun baan verliezen als de fabrieken alleen nog e-auto’s zouden produceren, omdat die minder onderdelen bevatten. De auto-industrie is een belangrijke poot van de Duitse economie.

De wispelturige houding van Duitsland wekt in Europa ook ergernis op. Er zou stilaan nostalgie naar Angela Merkel bestaan, toen Duitsland erom bekend stond om altijd op zoek te gaan naar het compromis.