Amerikaans Hooggerechtshof vreest stortvloed aan rechtszaken na aanklacht tegen Youtube

Die zaak werd aangespannen door nabestaanden van een Amerikaan die is omgekomen bij de terreuraanslag van Islamitische Staat in Parijs in 2015. De nabestaanden beweren dat het algoritme van Google, dat door zusterbedrijf Youtube wordt gebruikt om filmpjes aan te bevelen, IS heeft geholpen. De algoritmen zouden ervoor hebben gezorgd dat de aanslagplegers nog verder konden radicaliseren. Dat zou in strijd zijn met de Amerikaanse antiterrorismewet.

Maar daarmee staat ook Section 230 ter discussie. Dat wetsartikel uit 1996 beschermt internetbedrijven tegen rechtszaken over berichten van hun gebruikers. Google en andere websites menen dat een overwinning voor de aanklagers kan leiden tot een stroom aan rechtszaken tegen platforms en de werking van het internet kan verstoren. De zaak is een bedreiging voor de vrijheid van meningsuiting, zeiden ze.

De rechters zijn bezorgd over de mogelijke gevolgen van een beperking van de immuniteit voor internetbedrijven. Maar het blijft moeilijk om een grens te trekken. Ook toonden de rechters zich tijdens de zitting sceptisch over het feit dat deze bedrijven beschermd moeten worden voor bepaalde schadelijke of lasterlijke inhoud. De uitspraak van het Hooggerechtshof wordt eind juni verwacht.