
Europees Parlement ontneemt Eva Kaili vicevoorzitterschap, advocaat ontkent dat ze smeergeld kreeg
Het Europees Parlement heeft de Griekse Eva Kaili, die aangehouden werd in het onderzoek naar corruptie door Qatar, uit haar functie als vicevoorzitter ontheven. Dat gebeurde zo goed als unaniem: 625 leden stemden voor, 1 tegen en 2 onthielden zich. Haar advocaat ontkent dat ze smeergeld ontving uit Qatar.
De stemming was slechts een formaliteit. Dinsdagochtend beslisten de fractievoorzitters tijdens hun ‘conference of presidents’ al dat Kaili geen vicevoorzitter meer kan zijn. Die beslissing is nu bekrachtigd.
De 44-jarige Griekse voormalige tv-presentatrice wordt ervan verdacht geld van Qatar in ontvangst genomen te hebben om de belangen van het emiraat te verdedigen. Ze werd samen met drie anderen, onder wie haar vriend, aangehouden. Haar vader werd opgepakt, maar is intussen vrij.
Kaili zou op heterdaad betrapt zijn met een tas vol geldbiljetten, maar haar advocaat Michalis Dimitrakopoulos houdt vol dat ze geen smeergeld ontving uit Qatar. Hij ‘bevestigt noch ontkent’ dat er geld aangetroffen werd in het huis van zijn cliënte. ‘Ik heb geen enkel idee of er geld is gevonden en hoeveel’, zo klonk het in een interview met de Griekse zender Open TV.
In een mededeling zeggen de fractievoorzitters ‘gechoqueerd en zeer bezorgd’ te zijn over de recente onthullingen. ‘Iedereen moet ter verantwoording worden geroepen. Het parlement zal het werk van de politie en het gerecht volop blijven steunen om te verzekeren dat gerechtigheid geschied.’
Zoals voorzitter Roberta Metsola maandagavond al aankondigde, wil het parlement zijn interne werking verbeteren. ‘Dat begint vandaag, met de voortijdige beëindiging van het mandaat van de betrokken vicevoorzitter’, zeggen de fractievoorzitters. ‘En het zal doorgaan met de versterking van de parlementaire regels met betrekking tot de toegang tot de gebouwen en vergaderingen. We willen ook verzekeren dat er volledige openbaarheid over en een performante monitoring van de financiering van organisaties en mensen komt die toegang hebben tot het parlement. We zullen niet rusten tot het vertrouwen in onze instelling volledig hersteld is.’