
Na week polemiek stelt CD&V eindelijk jobdeal voor
Werkloosheidsuitkeringen moeten worden beperkt in de tijd, zo stelt voorzitter Sammy Mahdi, al blijft de deal voornamelijk recyclage van oude voorstellen die vastliepen op communautaire muren. Een breuk met de erfenis van Daens vindt hij zijn plan niet.
Na vier dagen polemiek is het dan eindelijk zover: in vijftien punten stelde CD&V het felbetwiste jobplan voor. De nieuwe stokken van voorzitter Sammy Mahdi: beperk de werkloosheidsuitkeringen in de tijd en versterk hun degressiviteit. Wie na drie jaar werkloosheid nog geen job heeft en geen twintig actieve jaren kan voorleggen, kan de uitkering verliezen. Na twee of drie jaar moet een werkloze met een loopbaan van twintig jaar een uitkering net boven het minimumloon hangen. Ook zouden mensen die de streektaal niet willen leren, geen aanspraak meer mogen maken op een werkloosheidsuitkering.
Maar belangrijke elementen uit het voorstel lijken een copy-paste te zijn van de maatregelen die voormalig minister van Werk Hilde Crevits vorig jaar al eiste: bedrijven verplichten om tijdens herstructureringen werknemers een aanbod te doen om zich om te scholen. De VDAB moet sneller worden ingeschakeld bij tijdelijke werkloosheid en langdurige ziekte.
‘Geen paradijs op economisch kerkhof’
In dat laatste geval moeten mensen ook flexibeler aan het werk kunnen, zonder dat ze onmiddellijk hun uitkering verliezen. Wie ziek is, wordt nu immers verplicht om haar activiteiten volledig stop te zetten om een arbeidsongeschiktheidsuitkering te ontvangen. Dat principe wil de partij omkeren.
Dat laatste voorstel is geen exclusief plan van CD&V, merkte de partij donderdag op. Ook de PS zou hier voorstander van zijn. Ondanks die eerdere eisen, de eigen ministers van financiën en werk en de zogezegde steun vanuit de meerderheid, zijn deze voorstellen nog niet verwezenlijkt.
Die kritiek weerklonk woensdag al in het Vlaams Parlement. ‘Wanneer gaat u dit eindelijk beklinken met federaal minister van Werk Pierre-Yves Dermagne (PS)?’, zei Vlaams parlementslid Axel Ronse (N-VA). Minister van Werk Jo Brouns (CD&V) trad opnieuw in de verdediging in een reactie na de persconferentie. ‘Als Vlaanderen, met een huidige werkzaamheidsgraad van 76,3 procent, wil evolueren in de richting van 80 procent, heeft het ook handvatten nodig die buiten mijn Vlaamse bevoegdheden liggen. Een hogere werkzaamheidsgraad is cruciaal voor een sterke sociale zekerheid. Je bouwt geen sociaal paradijs op een economisch kerkhof’, schreef hij.
Gratis lessen Nederlands
Voor die evolutie richting een tewerkstellingsgraad van 80 procent heeft Vlaanderen niet veel tijd meer. Om die te halen tegen 2030, moeten meer Vlamingen met een leefloon, langdurig zieken, huisvrouwen en -mannen sneller aan de slag. Hier scoren we lager dan het Europese gemiddelde.
Ook worden nergens in Europa mensen met buitenlandse roots zo sterk benadeeld op de jobmarkt als in België. Een op vier van de werkzoekenden heeft onvoldoende talenkennis, stelt CD&V in het puntenplan. Daarom moeten de lessen Nederlands voor mensen die de taal niet voldoende machtig zijn, gratis worden, zei CD&V-parlementslid Robrecht Bothuyne donderdag op de persconferentie.
Een breuk met de erfenis van Daens noemde Mahdi zijn voorstel niet. ‘Als ik zie dat in bepaalde wijken in Brussel meer dan 70 procent van de jongeren werkloos is en dat we er niet in slagen hen aan het werk te zetten, dan denk ik dat het vooral belangrijk is om hen ook een toekomstperspectief te geven en wel de mogelijkheid te geven om te werken’, zei hij. ‘En ja, dat betekent dat we iedereen – ook in Brussel en in Wallonië – aan het werk moeten krijgen.’