
De valkuilen van het capaciteitstarief: zo betaalt u niet te veel
Vanaf 1 januari bepaalt het capaciteitstarief een deel van uw elektriciteitsfactuur. Hoe voorkomt u dat die fors de hoogte ingaat?
1Wat is dat capaciteitstarief?
Ongeveer dertien procent van uw elektriciteitsfactuur bestaat uit distributienettarieven. Die moeten de kosten dekken die de netbeheerder Fluvius maakt voor de aanleg en het onderhoud van het elektriciteitsnet. Vanaf 1 januari worden die tarieven niet meer alleen berekend volgens wat u aan elektriciteit verbruikt, maar speelt ook het ‘piekverbruik’ een rol voor zeven procent van de totale factuur. Elke maand wordt het kwartiertje waarin uw verbruik het hoogste piekt eruitgehaald. Op basis van de maandpieken wordt dan een jaargemiddelde berekend. Dat zal mee bepalen hoeveel u aan distributienettarieven betaalt.
2Kan die piek wel voor iedereen worden berekend?
Dat is alleen mogelijk voor huishoudens met een digitale meter. Zo’n 40 procent van de Vlaamse huishoudens heeft al een digitale meter, tegen 2024 moet dat 80 procent zijn.
Bij huishoudens met een klassieke meter wordt er gewerkt met een forfaitair capaciteitsverbruik van 2,5 kilowatt (kW). Wie nu al een digitale meter heeft, kan op het portaal ‘Mijn Fluvius’ zicht krijgen op zijn piekmomenten van het afgelopen jaar. Die zijn nog niet relevant voor de huidige stroomfactuur, maar ze geven wel al inzicht. Wie vooruit wil kijken, heeft ook veel aan de website van de Vlaamse energieregulator Vreg, waar een simulator u toelaat allerlei scenario’s uit te testen.
3Zal dat forfait voor mensen met een klassieke meter de factuur niet de hoogte in jagen?
Een kleine verbruiker met een klassieke meter die nu bewust zuinig is, zal meer betalen voor zijn nettarief. We nemen als voorbeeld een inwoner van Antwerpen-stad met een jaarverbruik van 1.000 kwH, verspreid over dag en nacht. Voor die persoon stijgt het nettarief met 85 procent van 92 euro naar 171 euro. Met een digitale meter stijgt het nettarief naar 151 euro (+64 procent).
Voor een (opnieuw Antwerpse) consument met een gemiddeld verbruik (3.500 kWh, gelijk verspreid over dag en nacht) met een klassieke meter komt er 7,5 procent bij. Die factuur gaat van 291 euro naar 313 euro. Met een digitale meter is er een stijging van 8,24 procent tot 315 euro.
Uw unieke situatie zal veel bepalen, onder meer door uw woonplaats. Hebt u bijvoorbeeld zonnepanelen waardoor u alleen nog ’s nachts nettoverbruiker bent (omdat u overdag meer elektriciteit op het net zet dan u verbruikt), dan is de stijging van het nettarief beperkt als u een klassieke meter hebt. Met een digitale meter is de stijging wat groter.
4Ik heb een digitale meter. Waar moet ik voor opletten?
De combinatie die absoluut te vermijden is: een digitale meter en een ‘domme’ laadpaal voor uw auto, een die dus altijd met een hoog vermogen laadt. Wie een laadpaal heeft met een vermogen van 11 kW (en een dag- en nachtverbruik van telkens 4.000 kwH), ziet het nettarief met liefst 38,8 procent stijgen: van 650 euro naar 902 euro. Dat is zelfs 332 euro meer dan bij een klassieke meter. Door gespreid te laden met een digitale meter – dat wil zeggen laden terwijl geen andere toestellen werken – kunt u de schade beperken tot 753 euro.
Een digitale meter in combinatie met een elektrische auto wordt alleen interessant als u een slimme laadpaal hebt én u uw verbruik spreidt. Dan kan de factuur dalen tot 462 euro, wat 108 euro minder is dan met een klassieke meter. Zonder spreiding van uw verbruik betaalt u dan weer 611 euro.
5Ik heb nog een klassieke meter. Moet ik een digitale krijgen?
Vanaf 2025 kan een digitale meter niet meer worden geweigerd. Samen met de toenemende elektrificatie betekent dit dat een slimme laadpaal en gespreid laden de betere optie is. Bovendien geven dynamische energiecontracten een dag op voorhand het elektriciteitstarief door, dus wordt ook dat een factor als u het tijdstip kiest om uw auto op te laden.
6Waarom bestaat er geen capaciteitstarief dat kleine verbruikers net beloont?
Bij een digitale meter gaat men er van uit dat iemand nooit minder dan 2,5 kW aanspreekt. Zelfs wie lager dan dat piekt, betaalt dus een capaciteitstarief dat berekend wordt volgens dat verbruik. Waarom? De Vlaamse energieregulator Vreg zegt dat iedereen moet meebetalen en dat een vermogen van 2,5 kW de ondergrens is.
Een Vlaming op de zes (16 procent) betaalt niet mee aan het capaciteitstarief, omdat hij een sociaal tarief geniet. In 2021 was dat nog 7 procent.
7Waarom is dat capaciteitstarief nodig?
Het moet beletten dat het net overbelast raakt. De spreiding van de algemene vraag naar elektriciteit moet beletten dat er zware investeringen in dikkere kabels nodig zijn. Dat zou miljarden kosten en op de energiefactuur terechtkomen, zegt Maarten De Cuyper, de voorzitter van de Vlaamse energieregulator Vreg.
Correctie 24 november, 15.15 uur: in een vorige versie van dit artikel stond dat de distributienettarieven ongeveer veertig procent van de factuur bedragen, maar dat cijfer was verouderd