oorlogsvluchtelingen
Meer dan 1.000 niet-begeleide Oekraïense minderjarigen in België
Zes maanden na het begin van de Russische invasie staan in België 1.043 niet-begeleide minderjarige vluchtelingen uit Oekraïne geregistreerd. Slachtoffers van mensenhandel werden niet aangetroffen, wel van verwaarlozing.
Oekraïense vluchtelingen aan het Jules Bordet-ziekenhuis. Fred Debrock
Vandaag is het exact een halfjaar geleden dat Rusland Oekraïne binnenviel. Meer dan 10 miljoen mensen ontvluchtten sindsdien het land. 90 procent van hen zijn vrouwen en kinderen, volgens cijfers van de Verenigde Naties.
De kwetsbaarste groep zijn ongetwijfeld niet-begeleide kinderen. Unicef, de kinderrechtenorganisatie van de VN, waarschuwde in maart al voor mensenhandelaars die gebruik konden maken van chaos op de vluchtroutes.
Het journalistencollectief Lost In Europe vroeg cijfers op in twaalf Europese landen over Oekraïense niet-begeleide minderjarigen. In België stonden er ‘op 12 augustus 1.043 niet-begeleide buitenlandse minderjarigen uit Oekraïne geregistreerd’, verklaarde de dienst Voogdij van de FOD Justitie aan De Standaard, Knack en VRT NWS, de Belgische leden van Lost in Europe. ‘111 van de 1.043 kinderen zijn jonger dan tien jaar. Het aantal meldingen neemt wel af: in maart ging het nog om 15 tot 20 per dag, nu om maximaal 10’, aldus woordvoerster Sharon Beavis van de FOD Justitie.
115 van de 1.043 niet-begeleide minderjarigen kregen al een voogd toegewezen, 700 staan nog steeds op de wachtlijst. ‘Bepaalde minderjarigen hebben geen opvang nodig,’ zegt Beavis, ‘omdat ze terechtkunnen bij iemand uit hun omgeving, familieleden of vrienden. Als er wel opvang nodig is, zijn er andere oplossingen mogelijk, bijvoorbeeld bij het Rode Kruis, Caritas of in de pleegzorg.’
Hooggeschoold
• Nagels lakken om smokkelaars terug te betalen
Volgens Paulien Blondeel van de FOD Binnenlandse Zaken zijn er in België nog geen minderjarige Oekraïense slachtoffers van mensenhandel geïdentificeerd: ‘Hoewel het profiel van de Oekraïense niet-begeleide minderjarigen zeer kwetsbaar blijft, maakt een aantal factoren hen minder vatbaar om in het mensenhandelcircuit terecht te komen. Ze zijn sterk gedocumenteerd en worden nog opgevolgd door hun ouders die elders verblijven. De meerderheid is ook omringd door volwassen familieleden, en ze zijn hooggeschoold. Bovendien krijgen ze onmiddellijk het legale statuut van tijdelijk beschermde.’
De internationale vergelijking leert dat België het goed doet op het vlak van registratie en transparantie
Toch roept Kamerlid Ben Segers (Vooruit), die het dossier op de voet volgt, op tot voorzichtigheid: ‘Het uitgangspunt moet zijn dat voor elke niet-begeleide minderjarige een voogd wordt aangewezen. Verblijven die 900 andere Oekraïense kinderen allemaal in goede omstandigheden? De meeste allicht wel, maar we kunnen het niet weten.’
Hij kent alvast één geval waarbij het misliep: ‘Een meisje van 12 jaar, gevlucht uit Oekraïne, moest worden weggehaald bij haar grootouders, die haar grootouders niet bleken te zijn. Meer nog: het kind was verwaarloosd. Gelukkig belandde ze via een pleeggezin uiteindelijk in de gespecialiseerde opvang.’
Volgens Segers zouden we moeten komen tot ‘een systematische monitoring. Kan de overheid geen voogd aanstellen, dan moeten er andere oplossingen komen. Je zou ook het CLB en het onderwijs bij de netwerkpleegzorg kunnen betrekken. Komt een jongere niet opdagen op school, dan moeten de alarmbellen afgaan.’
Opmerkelijk: de internationale vergelijking leert dat België het goed doet op het vlak van registratie en transparantie, in tegenstelling tot onder meer het VK, Spanje, Duitsland, Polen, Slovakije en Zwitserland.