
Chef pandemie bij WHO niet ongerust over apenpokken, toch ‘kan dit maar topje van ijsberg zijn’
Sinds het eerste geval van apenpokken begin mei in het Verenigd Koninkrijk is ontdekt, zijn er nu al meer dan 200 infecties vastgesteld wereldwijd in landen buiten Afrika. ‘Dat kan slechts het topje van de ijsberg zijn’, waarschuwt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
Met de juiste maatregelen kan de ‘ongewone verspreiding’ van de apenpokken makkelijk beperkt worden. Dat zei WHO-topvrouw Sylvie Briand, verantwoordelijk voor de paraatheid en preventie bij epidemieën en pandemieën, vrijdag op een briefing over het virus. Ze moedigt landen aan om data met elkaar uit te wisselen over vaccinvoorraden en de verspreiding van de ziekte.
‘We weten niet of we slechts het topje van de ijsberg zien en of er nog veel meer gevallen zijn die niet worden opgemerkt in verschillende gemeenschappen’, gaf ze toe. Ze vermoedt dat de aantallen de komende dagen nog zullen stijgen. Tegelijk benadrukt ze dat er grote verschillen zijn met covid-19. Het virus is minder besmettelijk en bovendien bestaat er al een vaccin tegen. Aan het begin van de coronapandemie moesten de vaccins nog ontwikkeld worden. Het vaccin tegen de gewone pokken is tot 85 procent effectief tegen de apenpokken. België heeft ingetekend voor de aankoop van 1.250 prikken. Daarmee kunnen 625 risicopatiënten geholpen worden.
Apenpokken is verwant aan de pokken, een dodelijke ziekte die in 1980 werd uitgeroeid. De ‘monkey pox’ is echter veel minder ernstig, met een sterftecijfer van 1 tot 6 procent in de Afrikaanse gebieden waar de zorg fors minder uitgebouwd is. De meeste mensen herstellen binnen drie à vier weken vanzelf. Op het gebied van behandeling is er niet heel veel mogelijk, al zijn er wel antivirale middelen ontwikkeld tegen de pokken.
Verspreiding in Europa
Sinds het Verenigd Koninkrijk op 7 mei voor het eerst een bevestigd geval van apenpokken meldde, zijn er intussen minstens 243 infecties vastgesteld in landen buiten Afrika - de regio waar het virus endemisch is. In het Verenigd Koninkrijk zijn het er inmiddels 90. Op het Europese vasteland voeren Spanje met 98 besmettingen en Portugal met 74 de lijst aan. Het Portugese ministerie van Gezondheid meldde daarbij dat het uitsluitend om mannelijke dragers gaat, voornamelijk onder de 40 jaar. In Frankrijk zijn er zeven gevallen geteld, Nederland en België volgen met zes bevestigde gevallen. In Italië is zaterdag het twaalfde geval gemeld.
Buiten Europa is het virus geconstateerd in onder meer Australië, de VS, Canada, Israël en de Verenigde Arabische Emiraten. Argentinië bevestigde vrijdag de eerste twee gevallen van apenpokken in Latijns-Amerika.
Dokters vinden het wel opvallend dat het virus zich zo snel buiten de endemische gebieden verspreidt. Het oorspronkelijke virusreservoir, de bron, is nog niet teruggevonden. Momenteel circuleert het virus vooral onder mannen die seks hebben met mannen. De WHO vraagt hen om extra waakzaam te zijn. In België werd Sensoa ingeschakeld om deze groep voor te lichten. Tegelijk waarschuwen de gezondheidsinstanties ook voor stigmatisering van bevolkingsgroepen. ‘Iedereen kan de apenpokken krijgen, ongeacht hun seksuele oriëntatie’, klinkt het.
Volgens Sylvie Briand proberen experts nog te achterhalen wat aan de oorzaak ligt van deze ‘ongewone situatie’. Het lijkt er volgens de eerste vaststelling niet op dat het virus dat de apenpokken veroorzaakt, veranderd of gemuteerd is. ‘We hebben een goede kans om de overdracht te stoppen’, aldus Briand. ‘Als we nu de juiste maatregelen nemen, kunnen we dit naar alle waarschijnlijkheid gemakkelijk indammen.’