
Oost-Vlamingen eerst op de Blaarmeersen: omstreden regels houden stand na officiële klacht
De gouverneur van Oost-Vlaanderen heeft een officiële klacht afgewezen tegen de omstreden toegangsregels voor de Blaarmeersen. Oost-Vlamingen kregen daar afgelopen zomer voorrang op mensen van buiten de provincie. En dat mag ook, is het oordeel.
Het was deze zomer ‘Oost-Vlamingen eerst’ op de Blaarmeersen. Wie op het domein binnen wou, had maar beter een identiteitskaart uit Gent of een Oost-Vlaamse gemeente op zak. Wie dat niet had, werd naar een aparte ingang geleid, moest 5 euro betalen en hopen dat er plaats was.
Die regels werden ingevoerd nadat groepen amokmakers uit het Brusselse nog voor de zomer echt gestart was massaal op de vuist waren gegaan met elkaar. De strenge situatie leidde tot een rustige zomer, al was het vaak ook kwakkelweer. Maar er klonk ook heel wat kritiek.
Eén burger stapte afgelopen zomer naar provinciegouverneur Carina Van Cauter met een officiële klacht. De voorrangsregels zouden in strijd zijn met het gelijkheidsbeginsel en Europese regels. Acht miljoen Belgen worden gediscrimineerd door het gedrag van een vijftigtal amokmakers, klonk het.
Maar de Oost-Vlaamse gouverneur ziet er geen graten in. De klacht werd afgewezen. Er is geen sprake van discriminatie, klinkt het, omdat de identiteit van iedereen op de Blaarmeersen gecontroleerd wordt. Ook Gentenaars en Oost-Vlamingen moesten hun identiteitskaart laten zien.
Een lokaal bestuur mag ook andere tarieven hanteren voor haar eigen inwoners, oordeelt de gouverneur. Dat schendt het gelijkheidsbeginsel niet. Ook andere provinciale domeinen doen dat al. Een kostprijs van 5 euro vragen is ook te verdedigen, om te voorkomen dat mensen plaatsen reserveren, maar niet komen opdagen.
Of de regels volgende zomer ook zullen gelden, is nog niet bekend. Er volgt nog een evaluatie binnen de Gentse gemeenteraad.
Verwante artikels

Een plaatsverbod moet de uitzondering blijven