
Sociale partners sluiten deal, regering haalt opgelucht adem
De sociale partners hebben een akkoord gesloten over hogere minimumlonen en drie andere dossiers. Een zucht van verlichting gaat door Vivaldi.
Het was nachtwerk, maar werkgevers en werknemers hebben eindelijk een akkoord bereikt over vier grote sociale dossiers. Het minimumloon zal in april 2022 gelijkvormig bruto 1.702 euro bedragen. Daarnaast is afgesproken dat bij de besprekingen van de volgende interprofessionele akkoorden de minimumlonen telkens met 35 euro zullen stijgen.
Verhoging minimumlonen
Om van dat hogere minimumloon zo veel mogelijk netto in handen van de werknemers te geven en de kosten voor de werkgevers te beperken, kijken de sociale partners naar de regering. ‘Het akkoord van de sociale partners vertaalt zich voor een alleenstaande werknemer met een minimumloon in 47 euro extra per maand boven op de index in 2022’, stelt minister van Werk Pierre-Yves Dermagne (PS) tevreden vast.
‘Cumulatief stijgt het nettoloon met 100 euro in 2024 en met 150 euro in 2026. Als socialisten hebben we altijd luid en duidelijk uitgesproken: de verhoging van het minimumloon is een prioriteit. Daarom heb ik deze doelstelling centraal gesteld in het bemiddelingsvoorstel van de regering voor de besprekingen tussen de sociale partners.’
Eindeloopbaan
Aan de SWT-regeling – het vroegere brugpensioen – verandert er niet zo veel. De socialistische vakbond had een verlaging van die leeftijd tot 58 gevraagd voor bedrijven in herstructurering en zware beroepen. Maar die komt er niet. De werkgevers verzetten zich daartegen gezien de krapte op de arbeidsmarkt. Er komen wel soepeler landingsbanen Het wordt mogelijk om vanaf 55 jaar – met een toeslag – halftijds te gaan werken. Vandaag is dat 60 jaar.
• Plots ligt het brugpensioen weer op tafel
De werkgevers halen ook binnen dat de regeling voor overuren die tijdens de coronacrisis in sommige sectoren gold de komende twee jaar wordt uitgebreid naar alle sectoren. Er komt ten slotte ook meer tijd voor de gelijktrekking van de aanvullende pensioenen voor arbeiders en bedienden. In plaats van 2025 wordt dat 2030. Er is afgesproken dat een stuk van de toekomstige loonmarges – 0,1 procent – daaraan besteed zal worden. Ook dat was een eis van de werkgevers.
Wat zegt de achterban?
Met dit akkoord staat niets Dermagne nog in de weg om zijn handtekening onder de loonnorm van 0,4 procent en de coronapremie van maximum 500 euro te zetten. PS-voorzitter Magnette had afgelopen weekend nog eens herhaald dat zijn partij de loonnorm niet zou opleggen als de minimumlonen niet omhoog zouden gaan. Dat zou flink wat heibel veroorzaakt hebben in de regering, want de loonwet is heilig voor de liberalen. Ook binnen Vivaldi wordt dus opgelucht ademgehaald na dit akkoord.
De sterren staan gunstig, maar de vakbonden moeten het nachtelijke akkoord vandaag wel nog door hun achterban laten goedkeuren. Het wordt vooral uitkijken naar de vergadering bij de socialistische vakbond, want die had vorige week nog hoog ingezet op een lagere brugpensioenleeftijd bij herstructureringen en zware beroepen. ‘We hebben het onderste uit de kan gehaald’, zegt Miranda Ulens, nationaal secretaris van het ABVV. ‘We zullen zien wat onze achterban daarvan vindt, maar het is een evenwicht.’